Mitochondrion
Een mitochondrion of mitochondrium (meervoud mitochondriën of mitochondria) is een staaf- of bolvormig celorganel ook wel gamel genoemd, dat een dubbel membraan bevat en in het cytoplasma van de cel ligt. De vorm kan ook onregelmatig zijn. De grootte is meestal 1 micrometer.
De mitochondriën zijn de energiecentrales van de cel. Het aantal mitochondriën per cel staat dan ook in relatie tot de energiebehoefte van die cel. Deze energie komt beschikbaar in de vorm van de stof ATP, een gebruikelijke energierijke stof in de hele biochemie, die aangemaakt wordt bij het omzetten van suikers en vetzuren in water en CO2. Dit proces kan enkel plaats vinden in aanwezigheid van zuurstof en gebeurt in een proces dat citroenzuurcyclus (of Krebs cyclus) wordt genoemd. Het mitochondrion is de enige plaats in de cel waar oxidatie met zuurstof (celademhaling, aerobe stofwisseling) kan plaatsvinden. Omdat hierbij een extra fosfaatgroep aan ADP wordt gekoppeld, zodat ATP ontstaat onder verbruik van zuurstof heet dit ook wel oxydatieve fosforylering.
Een mitochondrium bezit een dubbele lipiden membraan:
- een uitwendig membraan
- een inwendig membraan, met instulpingen, de cristae.
Tussen de cristae zit de matrix (vloeistof). Het aantal cristae staat ook in relatie met de intensiteit van de ademhaling.
Merk op dat deze beide membranen weer uit een dubbele fosfolipidenlaag bestaan.
[bewerk] Oorsprong
Er bestaat een vrij algemeen geaccepteerde hypothese, de endosymbiontenhypothese, dat mitochondria, net zoals chloroplasten bij planten, oorspronkelijk vrijlevende bacteriën waren die al in een vroeg stadium in de evolutie intracellulair gingen leven in symbiose met hun gastheer. Beide organellen, mitochondriën zowel als chloroplasten, hebben ook zo'n dubbel membraan. Mitochondriën vermenigvuldigen zich door zich in tweeën te delen en bezitten eigen DNA (mtDNA), ribosomen, en een aantal eiwitten. Een mitochondrium kan niet zelfstandig overleven want het is afhankelijk van eiwitten die worden geproduceerd in de celkern. Het is eigenlijk een bacterie die is 'uitgekleed' tot slechts de minimaal noodzakelijke functies voor energieproductie voor de cel.