Zanzibarverdrag
Het Zanzibarverdrag werd afgesloten op 1 juli 1890 tussen het Duitse Rijk en het Verenigd Koninkrijk. Het regelde de aanspraken die genoemde landen meenden te hebben op bepaalde gebieden in Afrika (Zanzibar, Witu, delen van Botswana en de Caprivistrip ) en Helgoland.
Het wordt ten onrechte beschouwd als ruil van Zanzibar tegen Helgoland. Dit misverstand werd in de wereld geholpen door de toen juist ontslagen rijkskanselier Otto von Bismarck die hierdoor het omvangrijke verdrag, dat hij graag op zijn naam had gehad, in waarde wilde verminderen.
Het Duitse Rijk zag, ten gunste van Engeland, af van aanspraak op bepaalde gebieden waarop het voordien aanspraak maakte. In werkelijkheid hadden de Britten Zanzibar al lang daarvoor in bezit genomen.