Base (scheikunde)
Zuren en Basen |
---|
pH
Systematische naamgeving zuren Basen:
|
Een base is de tegenhanger van een zuur. Een basische oplossing heeft een pH-waarde hoger dan 7, en zal lakmoespapier blauw kleuren. Een base kan op drie manieren gedefinieerd worden.
Inhoud |
[bewerk] Volgens Arrhenius
Een base volgens Arrhenius (een Arrheniusbase) is een molecuul dat in water (H2O) aanleiding geeft tot het vormen van een hydroxideion (OH-). Het molecuul kan ook zelf een hydroxideion bevatten, maar dat hoeft niet. Twee voorbeelden van Arrheniusbasen zijn natriumhydroxide (NaOH) en ammoniak (NH3):
NaOH → Na+ + OH-
NH3 + H2O → NH4+ + OH-
[bewerk] Volgens Brønsted en Lowry
Een base volgens Brønsted en Lowry is een molecuul dat protonen (H+) kan opnemen en wordt een Brønstedbase genoemd. Deze twee chemici kwam in 1923 tegelijkertijd, maar onafhankelijk van elkaar met deze definitie. Ten onrechte wordt vaak alleen de naam van Brønsted vermeld. Elke Arrheniusbase is ook een Brønstedbase, maar dat geldt niet omgekeerd. Volgens Arrhenius moet het molecuul namelijk opgelost worden in water. Dit is volgens de definitie van Brønsted en Lowry echter niet noodzakelijk.
[bewerk] Volgens Lewis
Een base volgens Lewis is een molecuul met een vrij elektronenpaar (:) en wordt een Lewisbase genoemd. Het elektronenpaar kan met een zuur gedeeld worden, bijvoorbeeld:
BF3 (zuur) + :NH3 (base) → F3B:NH3
Alle Brønstedbasen zijn ook Lewisbasen, maar dat geldt niet altijd voor het omgekeerde.
[bewerk] Naamgeving
Naamgeving van de metaalhydroxiden: naam van het metaal + hydroxide.
Voorbeelden hiervan zijn:
- natriumhydroxide (NaOH) (een oplossing van natriumhydroxide in water wordt natronloog genoemd)
- kaliumhydroxide (KOH) (een oplossing van kaliumhydroxide in water wordt kaliloog genoemd)
- calciumhydroxide (Ca(OH)2)
Andere basen zijn:
- ammoniak (NH3)
- natriumcarbonaat of gewone soda (Na2CO3)
- gal
- zeep