Borgtocht
Borgtocht is de overeenkomst waarbij een derde, de borg zich verplicht om de prestatie die de schuldenaar moet verrichten jegens de schuldeiser zelf na te komen indien de schuldenaar in gebreke blijft. Simpel gezegd, de bank is alleen bereid geld aan je te lenen als je vader of moeder borg voor je staat. Dat impliceert dan dat als jij de lening niet terugbetaalt, de bank het geld mag innen bij je ouders.
[bewerk] wettelijke regeling
Borgtocht is een van de bijzondere overeenkomsten. De borgtocht is geregeld in titel 14 van boek 7 van het Burgerlijk Wetboek. Kern van de regeling is dat de borg zelf geen verweer kan voeren tegen de vordering waarvoor hij borg staat, maar wel alle verweren mag voeren die de schuldenaar zou kunnen voeren.
Borgtocht kan bestaan zonder dat de schuldenaar dat weet. Anderzijds kan borgtocht niet bestaan zonder een 'onderliggende' verbintenis. Als de verplichting van de schuldenaar niet, of niet meer bestaat kan de schuldeiser de borg niet op grond van de borgtocht aanspreken. Als de onderliggende vordering verjaard is, is de borgtocht te niet gegaan.
De borgtocht kan jegens de borg slechts worden bewezen door een door de borg ondertekend geschrift. Als de borg echter zijn verplichtingen uit de onderliggende verbintenis is nagekomen kan de borgtocht met alle bewijsmiddelen die mogelijk zijn bewezen worden.
Als de borg is aangesproken heeft hij voor alles dat hij aan de schuldeiser heeft betaald een vordering op de schuldenaar. Die vordering volgt direct uit de wet.