Etruskisch
Etruskisch was een taal, die door de Etrusken gesproken werd, in wat tegenwoordig Toscane, Corsica, en de Povlakte is. De Romeinen hebben deze verspreide taal echter verdrongen met Latijn. Latijn heeft wel een paar leenwoorden die met luxe te maken hebben zoals atrium(voorportaal (huis)), taberna (werkkamer), stilus (pen) en cera (was).
Inhoud |
[bewerk] Classificatie
De classificatie van Etruskisch blijft een mysterie. Er zijn theorieën dat het een isolaat betreft, dat het een Kaukasische taal is, maar de waarschijnlijkste theorie is dat Etruskisch behoort tot de Tyrreense talen, aangezien er veel verwantschap bestaat met Lemnisch, Eteocypriotisch en Eteokretenzisch, wat de herkomst der Etrusken van Klein-Azië mogelijker maakt.
[bewerk] Alfabet en Klanken
Alfabet
Het Etruskische alfabet is ontstaan uit een variant van het Griekse alfabet. Er zijn echter verschillen: De B, D, PS en de O worden niet gebruikt in het Etruskisch. De Γ/C, wordt niet voor de klank G gebruikt, maar voor de klank K. Verder worden de digamma (als v), qoppa en de sin gebruikt. Voor de K zijn aparte regels:K voor A, C voor E en I, en Q voor U. Voor een afbeelding van het alfabet, zie: http://www.omniglot.com/writing/etruscan.htm
Klanken
Het Etruskisch kent de volgende klanken, de uitspraak zullen we nooit helemaal goed weten:
|
|
[bewerk] Woordenschat
De tot nu toe bekende woordenschat is rond de 250 woorden, terwijl er meer dan 1000 namen bekend zijn. De meest voorkomende woorden hebben te maken met families, puia = vrouw, apa = vader, sech = dochter. Zie ook de Lijst Etruskische woorden of bekijk http://etruskisch.de/pgs/vc.htm
[bewerk] Grammatica
Door de weinig bekende woorden is er ook weinig bekend over de Etruskische grammatica. Net als in Latijn (-que) heeft Etruskisch een achtervoegsel (-c), met de betekenis 'en':
- apa atic = vader en moeder.
Naamvallen
Etruskisch bezit over de volgende naamvallen:
- nominatief/accusatief: Gebruikt om het onderwerp of lijdend voorwerp aan te geven. deze naamval heeft geen specifieke uitgang.
- genitief: gebruikt om bezit of interesse aan te tonen. Uitgangen zijn -(a)l of -s.
- locatief: de locatief wordt in het Etruskisch gebruikt om de plaats, of toestand van het onderwerp aan te geven. De primaire locatief wordt gebruikt voor plaatsen (uitgang -i, -i na -a wordt -e!), de secundaire locatief wordt gebruikt in passieve zinnen. (uitgang -le of -si)
Uitgangen van het Etruskische zelfstandig naamwoord | ||||
---|---|---|---|---|
Groep I | Groep II | |||
nominatief/accusatief | fler het offer |
flerchva de offers |
ati de moeder |
? de moeders |
genitief | flerl van het offer |
? van de offers |
atial van de moeder |
? van de moeders |
locatief | fleri/flerle in/door het offer |
? in/door de offers |
atii/atiale in/door de moeder |
? in/door de moeders |
Werkwoorden
Over de Etruskische werkwoorden is vrij weinig bekend. De voltooide tijd eindigt tenminste wel vaak op -u: lupu = is overleden.
[bewerk] Teksten
- Tabula Capuana
- Liber Linteus
- Pyrgi Tabletten
- Tabula Cortonensis
- Cippus perusinus
[bewerk] Zie ook
- Etrusken
- Aegeïsche taalgroep
- Lijst Etruskische woorden