Frederik II van Hessen-Kassel
1720-1785 | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Landgraaf van Hessen-Kassel | ||||||
|
||||||
|
Frederik II (Kassel, 1720-1785) was een zoon van landgraaf Willem VIII van Hessen-Kassel en Dorothea Wilhelmina van Saksen-Zeitz.
Tijdens de Zevenjarige Oorlog streed hij mee aan de zijde van Pruisen. Frederik ging in 1754 over naar de rooms-katholieke kerk, waardoor de rooms-katholieke eredienst aan banden werd gelegd en het graafschap Hanau werd afgesplitst en onder het rechtstreeks gezag van de latere Hendrik IX werd geplaatst. In 1760 werd Frederik in opvolging van zijn vader landgraaf van Hessen-Kassel. Pogingen om het graafschap Hanau weer bij Hessen te voegen, mislukten echter.
Na de Zevenjarige Oorlog brak een periode van wederopbouw aan voor het zwaar geteisterde Hessen-Kassel, die door Frederik volop werd ondersteund. Hij bevorderde de vestiging van manufacturen en trok geleerden en kunstenaars naar Hessen-Kassel. De financiële middelen haalde hij gedeeltelijk uit het verhuren van soldaten aan Engeland voor de onafhankelijkheidsoorlog in Amerika.
Frederik was gehuwd met:
- Maria van Hannover (1723-1772), dochter van koning George II van Engeland, in 1740,
- Filippina van Pruisen (1745-1800), dochter van markgraaf Frederik Willem van Brandenburg-Schwedt, in 1773,
en werd vader van: