Jever
Jever is een stad in de Duitse deelstaat Nedersaksen en de hoofdplaats van landkreis Friesland.
De stad heeft ongeveer 14.000 inwoners op een oppervlakte van 42,01 km² en haar naam is door heel Duitsland bekend vanwege het biermerk Jever.
Jever is ook de naam van het bier dat in deze stad wordt gebrouwen en dat veel in Oost-Friesland wordt gedronken.
[bewerk] Geschiedenis
In de 10e en 11e eeuw had Jever een belangrijke zeehaven. Hoewel de haven in de loop der tijd verzandde, bleef de stad een handelsplaats van belang en kreeg het in 1347 stadsrechten.
Na de dood in 1511 van de laatste hoofdeling van Jever, Edo Wiemken de Jongere, verloor het Herrschaft Jever zijn onafhankelijkheid en was het gebied in handen van ondermeer Oldenburg, Saksen en Denemarken. In 1667 viel Jever onder de heerschappij van Anhalt-Zerbst. In 1793 viel Anhalt-Zerbst uiteen en erfte de Russische tsarina Catharina de Grote, een prinses van Anhalt-Zerbst, het gebied Jever.
Napoleon veroverde het gebied in 1807 en bij de Vrede van Tilsit moesten de Russen het gebied afstaan. Oost-Friesland was van 1808 tot 1810 onderdeel van het Koninkrijk Holland, een Franse vazalstaat. Koning Lodewijk I van Holland benoemde de Frans-Nederlandse generaal Étienne Jacques Travers tot baron van Jever. In 1813 viel Jever weer in Russische handen en vijf jaar later stonden de Russen het gebied af aan Oldenburg.
Na de Tweede Wereldoorlog waren er in Nederland vergevorderde plannen om een deel van Duitsland, waaronder Jever, te annexeren. Bij de Duitslandconferentie van 1949 werd echter een streep door deze plannen gehaald (zie ook Nederlandse annexatie van Duits grondgebied na de Tweede Wereldoorlog).
[bewerk] Externe link
- http://www.stadt-jever.de/ (in het Duits)