Kabinet-Rochussen
| Kabinet-Rochussen | |
| Politieke Kleur Premier |
Conservatief / Liberaal J.J. Rochussen |
| Van Demissionair Tot |
18 maart 1858 8 februari 1860 23 februari 1860 |
| Voorganger Opvolger |
Van der Brugghen Van Hall/Van Heemstra |
| Nederlands kabinet | |
Het kabinet-Rochussen was een liberaal-conservatief Nederlands kabinet dat regeerde van 18 maart 1858 tot en met 23 februari 1860.
Dit kabinet kon niet veel tot stand brengen. Plannen op het gebied van koloniën en een belastinghervorming haalden niet de eindstreep.
Het kabinet komt ten val als de Eerste Kamer - onder gejuich van de publieke tribune - de ontwerp-Spoorwegwet verwerpt. Dat ontwerp gaat uit van staatsaanleg door particuliere maatschappijen, die door de staat zouden worden gesubsidieerd.
Er werden vooral spoorwegen gepland die Rotterdam goed zouden ontsluiten. Verzet van afgevaardigden uit onder meer Amsterdam (daarin gesteund door de koning) en uit de noordelijke provincies maakte het voorstel kansloos.
[bewerk] Ministers
- Minister van Buitenlandse Zaken: Jan Karel baron van Goltstein (cons. lib.), van 12 maart 1858 tot 24 februari 1860
- Minister van Justitie: Cornelis Hendrik Boudewijn Boot (cons. lib.)
- Minister van Binnenlandse Zaken: Jacob George Hieronymus van Tets van Goudriaan (liberaal)
- Minister van Financiën: Pieter Philip van Bosse (liberaal)
- Minister van Oorlog:
- Cornelis Theodorus van Meurs (geen pol. stroming), van 18 maart 1858 tot 1 september 1859
- Eduard August Otto de Casembroot (conservatief), van 1 september 1859 tot 23 februari 1860
- Minister van Marine: Johannes Servaas Lotsy (liberaal)
- Minister van Koloniën: Jan Jacob Rochussen (conservatief)
- Minister van Zaken der rooms-katholieke Eredienst: Joannes Wilhelmus van Romunde (cons. kath)
- Minister van Zaken van de Hervormde en andere Erediensten, behalve die der rooms-katholieke:
- Cornelis Hendrik Boudewijn Boot (cons. lib.) a.i., van 18 maart 1858 tot 3 april 1858
- Johannes Bosscha (conservatief), van 3 april 1858 tot 23 februari 1860
