Klimmuur
Artificiële klimmuren bestaan uit kunstmatige klimconstructies die voornamelijk binnen (indoor, klimzaal of klimhal) worden opgebouwd.
Rotsklimmers bezien deze meestal als een oefenterrein, anderen als hun specifiek volwaardig sportterrein. Een andere grote groep gebruikt dit recreatief. Vele scholen gebruiken een uurtje indoorklimmen als een onderdeel van de les lichamelijke opvoeding.
Het risico tot letsel in deze zalen is minimaal doordat men meestal in toprope klimt. In de blok- of boulderzalen zijn de valmatten zo gemaakt dat zelfs de hoogste valpartij uitstekend gedempt wordt. De meeste opgelopen letsels bestaan uit oppervlakkige schuurwonden veroorzaakt door de meestal ruwe muurconstructie. Men kan het muuroppervlak vergelijken met schuurpapier. Verder komen vrij frequent kleine letsels voort uit het forceren van de kleine handspieren en pezen. Bij het competief indoorklimmen is opwarming dan ook een must.
Men kan deze artificiële klimconstructies in drie hoofdgroepen onderbrengen:
- Buitenconstructies (buitenklimmuren) – dit kunnen speciaal opgetrokken constructies zijn waarop kan geklommen worden, soms zijn dit oude afgeschreven of niet meer gebruikte bouwwerken.
- Binnen-hoogte-klimzalen – dit kunnen gebouwen zijn die variëren van 6 tot 25 meter en meer hoog. In deze zalen wordt er met klimtouw beveiligd.
- Binnen-blok-klimzalen – dit zijn constructies met een kleinere hoogte, variërend van 1 tot een 5tal meter hoogte. Het vallen wordt hier opgevangen door bijzondere dikke valmatten.
De hand- en voetgrepen kunnen bestaan uit onderdelen van de bouwconstructie al dan niet kunstmatig ingewerkt in de wand, maar meestal gaat men verwisselbare kunststofgrepen maken die met bouten in of op de muur bevestigd worden.