Oriëntalistiek
De oriëntalistiek is de universitaire studie van de Oosterse talen en beschavingen. Meestal verstaat men hieronder: de studie van (zowel klassieke als moderne) taal, cultuur en geschiedenis. Oriëntalistiek wordt ook soms nog onderverdeeld in:
- Arabistiek en Islamkunde (Arabisch, Turks,...)
- Studie van het oude Nabije Oosten (Hebreeuws, Aramees, Akkadisch of spijkerschrift...)
- Egyptologie
- Iranistiek: (oud-)Perzisch, Iraans, Pakistaans, Afghaans
- Indologie:Studie van Hindi, Sanskriet en andere Indiase talen
- Sinologie: klassiek en modern Chinees, Koreaans
- Studie der Centraal-Aziatische talen
- Japanologie: Japans
[bewerk] Opleiding
In Nederland is vooral de Universiteit Leiden gespecialiseerd in deze taal- en cultuurstudies. Maar ook aan de universiteiten van Groningen, Utrecht, Amsterdam en Nijmegen komen sommige van deze disciplines aan bod.
In Vlaanderen hebben zowel de Katholieke Universiteit Leuven als de Universiteit Gent een Bachelor- en Masteropleiding in de "Oosterse talen en culturen".
[bewerk] Oriëntalisme
De oriëntalistiek is in een nieuw licht komen te staan door het baanbrekende werk van de Palestijns-Amerikaanse taal- en literatuurwetenschapper Edward W. Said. In zijn Orientalism: Western Conceptions of the Orient bracht hij onder de aandacht dat westerse onderzoekers het Oosten traditioneel vanuit gezaghebbende optiek hadden bestudeerd: gezaghebbend doordat het over koloniën ging, maar ook gezaghebbend omdat het de wetenschappers waren die de kaders aangaven, terwijl het Oosten zelf meer als object fungeerde dan als participant. Deze houding doopte hij Oriëntalisme.
Vandaar ook, aldus Said, de westerse opvatting van het "mysterieuze, exotische" Oosten: deze opvatting noemt hij een westerse uitvinding.
Said geeft aan dat oriëntalistiek niet kan worden losgezien van politieke, methodologische en persoonlijke uitgangspunten, die het onderzoek reeds vooraf kleuren.