Relais
Een relais is een door een elektromagneet bediende schakelaar. Het is een eenvoudige doch zeer veelgebruikte component in analoge schakelingen en vooral als eindcomponent in digitale schakelingen. De laatste decennia bestaan elektronische alternatieven zoals de transistor en de thyristor. Elektronische schakelingen met deze componenten met een relaisfunctie worden solid state relais genoemd. Relais die gebruikt worden om verbruikers zoals elektromotoren e.d. te schakelen worden ook wel magneetschakelaars genoemd.
Een relais bestaat uit een spoel, één of meerdere contacten en een veermechanisme. Door spanning op de spoel te zetten gaat er een stroom lopen en wordt een magnetisch veld opgewekt, waardoor het contact bediend wordt. Valt de spanning weg, dan vervalt het magnetisch veld en zorgt het veermechanisme ervoor dat de contacten terugkeren in de originele stand (de onbekrachtigde of ruststand).
Een relais wordt toegepast om met behulp van een kleine spanning een grote spanning of stroom te kunnen schakelen. Hierbij kunnen de spoel en de contacten deel zijn van twee verschillende elektrische circuits die onderling elektrisch gescheiden zijn. Dit wordt galvanische scheiding genoemd en is in toenemende mate van belang omdat de voor het relais toegepaste besturingselektronica gevoelig kan zijn voor geïntroduceerde "vreemde" spanningen en inductie.
Inhoud |
[bewerk] Schematisch
Door een kleine spanning op de spoel te zetten, wordt het contact naar de spoel getrokken. Deze raakt de linkerpin aan en zo wordt het contact tussen de pin linksboven en de pin rechtsboven gesloten. Als de spanning van de spoel wordt afgehaald, schiet de pin midden boven weer terug naar zijn oorspronkelijke positie en het contact is weer verbroken (geopend). De meeste relais hebben tenminste drie contacten; een maakcontact (zoals in het schema), een breekcontact (gesloten bij afwezigheid van stuurspanning) en een 'common' contact (het rechter contact ion het schema).
[bewerk] Toepassing
Relais worden bijvoorbeeld toegepast om met een microschakelaar een groot elektrisch apparaat in werking te stellen. De microschakelaar hoeft namelijk alleen de stroom en spanning naar de spoel te dragen, niet de grote stroom voor het geschakelde apparaat. De 'klik' in de thermostaat (van een centrale verwarming) die u hoort als de verwarming aanslaat of uitschakelt, is het relais.
Het startcircuit van een auto is uitgerust met een relais. De stroom door de startmotor is te groot om enkel met het startslot te schakelen.
In de vroege computertechniek, elektromechanische telefooncentrales en besturingstechniek werd ook veel gebruik gemaakt van relais. Dit is inmiddels vervangen door transistorschakelaars, meestal in de vorm van geïntegreerde schakelingen.
Relais zijn ook een belangrijk onderdeel in de spoorstroomloop.
Deze uitleg betreft een monostabiel relais, d.w.z. dat dit relais maar in één stand blijft staan, oftewel terugspringt. Er is ook het bistabiel relais, dit blijft in beide standen staan, ook na het wegvallen van de stuurspanning.