Dionýsios Solomós
Dionýsios Solomós was een Nieuwgrieks dichter die leefde van 1798 tot 1857.
Hij werd geboren in Zante (= Zákinthos) uit een oude, door de Venetianen geadelde familie. Op jonge leeftijd werd hij naar Italië gestuurd om te studeren. Na zijn studies keerde hij naar Zante terug. Zijn literair talent werd ontdekt door Spyridon Trikoúpis, die hem aanmoedigde om in het Grieks te schrijven, want Solomos drukte zich toen nog uit in het Italiaans.
Na een paar kleinere gedichten schreef hij in 1823 de beroemde Hymne aan de Vrijheid (Ymnós pros tin eleftherián). Het gedicht werd snel populair en in 1828 schreef de componist Manzaros er een melodie op. Een wet uit 1864 erkent het als de Griekse nationale hymne.
Onder invloed van de Duitse Romantiek vatte hij het plan op een epos te schrijven over de belegering van Mesolongi: in de dappere verdedigers van de stad zag hij romantische intellectuelen, die streden voor een ideaal. Het epos geraakte nooit voltooid, maar de fragmenten behoren tot de allermooiste stukken Nieuwgriekse poëzie.
Zie ook |
---|
Griekenland | Griekse oudheid | Geschiedenis van Griekenland | Griekse literatuur |