Lou de Palingboer
Lou de Palingboer (bijnaam van Louwrens Voorthuijzen) (Anna Paulowna, 19 februari 1898 - Agimont, 23 maart 1968) was een bekend Nederlands charismatisch leider van een nieuwe religieuze beweging. Ondanks het geringe aantal volgelingen besteedden de Nederlandse media relatief veel aandacht aan deze "sekteleider", zoals zij hem over het algemeen betitelden.
Inhoud |
[bewerk] Levensloop
Voorthuijzen groeide op in Breezand. Zijn religieuze nieuwsgierigheid was van meet af aan groot. Aanvankelijk was hij, net als de rest van het gezin Voorthuijzen, enige tijd een volgeling van de evangelist Jelle Adema, later van Dirk Most.
Op 28 maart 1924 trouwde hij met Trijntje Tiel, dochter van een rijke boer. Hij koos voor het beroep van visser dat hij aanvankelijk in Den Oever en vanaf 1938 in Muiden uitoefende.
[bewerk] Mystieke ervaringen
In 1942 werd het huwelijk ontbonden. Louwrens had toen al enige tijd een relatie met de Baarnse Mien Wiertz, in wie hij al vanaf hun eerste ontmoeting "een gevoel van liefde" had losgemaakt, zoals Mien later vertelde: "En die liefde was universeel, voor de hele mensheid bedoeld."
Mien Wiertz, die zelf een atheïstische achtergrond had, was diep onder de indruk van Voorthuijzens religieuze uiteenzettingen. Hij had, vertelde hij haar, in 1927 een mystieke ervaring gehad. Aan het strand van de Zuiderzee had hij toen een ster gezien die de woorden Zie het teken van de Zoon des Mensen had gesproken. Vervolgens was hij een stuk over het natte zand van het strand gelopen, zonder erin weg te zakken. Toen hij dat even later opnieuw probeerde, zakte hij er diep in weg. Mien concludeerde uit het verhaal dat Louwrens Voorthuijzen God was en dat hij de taak had om de mensheid van de duivel te redden. Ze drong er regelmatig bij hem op aan dat toe te geven. Dat gebeurde pas toen ze in 1950 met roodvonk in het ziekenhuis lag. Voorthuijzen vertelde haar toen dat hij een nieuwe mystieke ervaring had gehad. Daarbij was hem duidelijk geworden dat hij inmiddels de duivel in zichzelf had overwonnen. Hij was daardoor God geworden.
[bewerk] Lou de Palingboer
Voorthuijzen verkocht zijn boten en vond emplooi als marktkoopman op de Dappermarkt in Amsterdam, waar hij bekend werd als Lou de Palingboer. Vanachter zijn kraam preekte hij dat hij "het opstandingslichaam van Jezus Christus" was. In een nabijgelegen koffiehuis gaf hij, wanneer daarvoor belangstelling bestond, verdere uitleg. Er vormde zich zo een kring van volgelingen om Lou. Vanaf 1954 gaf hij voor deze Lou-mensen en andere geïnteresseerden wekelijks bijeenkomsten in de zalen van Frascati en De Brakke Grond, waar hij de toehoorders met een mengeling van mystieke taal en Amsterdamse volkshumor te woord stond.
[bewerk] Het Witte Huis
De verzekeraar L.H. Voogt, zelf volledig in Lou, kocht in 1957 een huis in Muiden waar Lou en Mien konden wonen. De villa, die het Witte Huis werd genoemd, werd een pelgrimsoord. Diverse aanhangers van Lou bleven in het Witte Huis wonen. Lou bracht de dag door met het roken van sigaren, het drinken van jenever en het vertellen van niet altijd even duidelijke, mystieke verhalen.
Hier ontwikkelde zich de gewoonte van het "aanliggen": vrouwelijke volgelingen mochten enige tijd Lou's lichaamskracht voelen door zich tegen zijn borst te vlijen. Het was de bedoeling om in Lou te komen. In Lou was men pas werkelijk verlost van de duivel. De beweging ging steeds meer op een sekte lijken.
De Lou-mensen waren inmiddels, in volgorde van belangrijkheid, verdeeld in "metgezellinnen", "engelen", "zonen" en "dochters" en tussen echtelieden die niet allebei in Lou waren ontstonden spanningen. Lou verkondigde dat hij, omdat hij God was, niet kon sterven. Sommige volgelingen meenden dat dat ook op hen van toepassing was en weigerden wanneer ze ziek waren een arts te bezoeken. Er staken bovendien geruchten de kop op dat de wereld volgens Lou op korte termijn aan radioactieve straling te gronde zou gaan, en dat slechts Lou-mensen van die ondergang waren uitgezonderd.
Lou raakte door deze ontwikkelingen meer en meer omstreden. Hij verhuisde met zijn volgelingen naar een boerderij in Overijssel en in 1968 naar Agimont in België. Hij was toen al ziek.
De beweging heeft op haar hoogtepunt circa 500 tot 600 directe aanhangers gehad. Daarbuiten oefende Lou ook op anderen invloed uit.
[bewerk] De dood van God
Toen Lou's gezondheidstoestand verslechterde, ontstond onder de Lou-mensen die hem omringden discussie over de vraag of men iemand die onsterfelijk is wel of niet naar het ziekenhuis moet brengen. Toen hij tenslotte toch stierf werd gepoogd hem weer tot leven te brengen door urenlang "Lou kom terug" te roepen. Na enkele dagen werd besloten hem toch maar te begraven.
De bijeenkomsten in Frascati waren sinds Lou's vertrek uit Amsterdam door blijven gaan. Op de eerste dinsdag na zijn overlijden werd het nieuws aldaar officieel bekend gemaakt. Mien Wiertz, die anno 2005 nog steeds in Lou is, wijt de dood van de vleesgeworden God aan de zondigheid van de groep volgelingen die hem omringde.
[bewerk] Na zijn dood
De betekenis van Mien Wiertz voor de Lougroep is in de loop der jaren steeds meer toegenomen. Na het overlijden van Lou in het dorpje Sclayn, iets ten Oosten van Namen in België werd Mien de centrale en gezaghebbende persoon. Zij bepaalde wat er ging gebeuren. Na het overlijden van Lou ging het drukken en verspreiden van het tijdschrift "Lou" gewoon door. Het werd zelfs in meerdere talen gedrukt. De Franstalige uitgave werd met colportageteams onder andere in Luik verspreid. De drukkerij en de groep waren gehuisvest in een oude villa met een aantal bijgebouwen. Het lijk van Lou is op de gemeentelijke begraafplaats van Sclayn bijgezet.
Omstreeks 1972 is de groep onder leiding van Mien verhuisd naar een boerderij in de buurt van Kasterlee, iets ten zuiden van Turnhout. Weer later ging Mien met haar zonen weer naar Nederland en ging wonen in een vrijstaand huis in Grashoek, in de Limburgse Peel. Daarvoor, in de zestiger jaren, hadden Lou en Mien al eens eerder in Nederlands Limburg gewoond; aan de Veenweg in het dorpje Horst-America. Vermoedelijk is al het geld dat vrij kwam uit het huis in Muiderberg in het huis in Grashoek gestopt. Tenslotte is het pand door Mien en haar zonen verkocht en vertrok Mien naar Spanje. In deze laatste jaren heeft Mien nog veel hulp gekregen van haar trouwe aanhanger Paul Geerdes. De meeste aanhangers van het eerste uur hadden het toen al laten afweten.
Onder andere Lou's vroegere collega bij het vissen, Evert Schoonheden uit Muiden, wilde er niets meer van weten. Ook Ansje van Bela, beter bekend als Ans Stamenkowitch uit de Rijnstraat in Amsterdam, had zich helemaal teruggetrokken. Naast aanhangers van Lou waren er ook nog mensen die hem bestudeerden.
Zoals theologen en journalisten. Daartoe behoorde ook Frits Kief, een radicale atheïst die altijd onder het gehoor te vinden was. Af en toe schreef hij er iets over, bijvoorbeeld in Vrij Nederland of in de Groene Amsterdammer.
Het laatste nieuws over Mien Wiertz ( Wilhelmina Wiertz, *14-08-1914 in Baarn) is van maart 2005. Mien is dan 90 jaar oud en woont nog steeds in Spanje, in Figueres. Dus dicht bij het beroemde Dali-museum. Haar vertrouwenspersonen zijn daar Paul Kuijl (*1947) en Corrie Korving.
Over de lotgevallen van haar beide zonen Lourens Voorthuizen (*1949) en Jan Voorthuizen (*1951) is dan niets meer bekend. Haar voormalige vertrouwenspersoon Paul Geerdes (*1927) is blijkbaar uit het beeld verdwenen. Toch is deze Paul heel belangrijk geweest voor Mien. Hij zorgde, samen met Albert Junker uit Hamburg, voor de overlijdensaangifte van Lou. Hij zorgde ook voor de zinken lijkkist. Men bleef er rekening mee houden dat de onsterfelijk geachte Lou toch nog uit zijn graf zou kunnen opstaan. Mien vertelde aan iedereen dat Lou dood gegaan was vanwege de onderlinge ruzies tussen zijn volgelingen. Met zijn dood heeft hij daarom iedereen gestraft.
[bewerk] Trivia
Vanaf eind augustus tot midden november speelt theater-projectgroep Kroniek uit de Kop van Noord-Holland de musical "Visser naast God" over het leven van Louwrens Voorthuijzen.
[bewerk] Literatuur
- Harry Mulisch, Voer voor psychologen (1965)
- Wim Zaal, Gods onkruid. Nederlandse sekten en messiassen (1972 Amsterdam; herdruk 2004)